Jerre1979 heeft 243 reactie(s) geplaatst.
Als een paar woorden je al zo dwars zitten, lijkt me een boek lezen echt een hel voor je.
Deze film draait om een Amerikaan die naar Engeland komt om te achterhalen hoe zijn broer tijdens de oorlog is omgekomen. Dat levert een mix op van mysterie, spionage-achtige intriges en een vleugje romantiek. De sfeer is best goed getroffen: mistige Engelse dorpjes, geheimzinnige ontmoetingen en een gevoel dat er altijd iets niet helemaal klopt.
Toch vond ik het verhaal niet altijd even spannend. Het bouwt langzaam op en heeft meer de stijl van een rustig detective-verhaal dan van een echte thriller. De acteerprestaties zijn degelijk en de sfeer doet veel goed, maar het mist net dat beetje pit om je echt op het puntje van je stoel te krijgen.
In dit filmpje krijgt Mickey een kangoeroe cadeau, en dat loopt natuurlijk volledig uit de hand. Vooral Pluto reageert heel grappig op de vreemde gast, met zijn typische overdreven angst en gekke bewegingen. Er zitten een paar leuke kleine gags in, en het idee van een kangoeroe die in Mickey’s huis rondstuitert heeft wel iets, maar helaas is het niet meer dan dat. Geen echt verhaal of een verrassende wending.
Pool of London is een Britse misdaadfilm die zich afspeelt rond de dokken van Londen, en ik vond ’m verrassend sfeervol. Het mengt een klassiek misdaadplot met het dagelijkse leven van zeelieden aan wal, en je krijgt er meteen een mooi tijdsbeeld bij van Londen vlak na de oorlog. Wat het echt bijzonder maakt, is de verhaallijn van de vriendschap (en voorzichtige romance) tussen een zwarte zeeman en een witte vrouw – iets dat in 1951 behoorlijk gedurfd was.
Het tempo ligt niet altijd even hoog en sommige stukken voelen wat ouderwets in hoe de personages praten en bewegen. Maar de film heeft genoeg spanning en karakter om je mee te trekken, en de mix van misdaad, sociale thema’s en sfeer maakt het toch een boeiende ervaring.
In dit filmpje dirigeert Mickey een orkest in het park, maar natuurlijk loopt alles in de soep. Donald komt steeds met zijn fluitje tussendoor en er ontstaat pure chaos terwijl de muziek doorgaat. Het idee is grappig en de animatie is kleurrijk – dit was trouwens de eerste Mickey in kleur, dus dat is wel bijzonder.
Toch vond ik het minder leuk dan verwacht. De grappen zijn nogal herhalend en het voelt alsof dezelfde mop (Donald die stoort, Mickey die gefrustreerd raakt) keer op keer wordt uitgespeeld. Het ziet er netjes uit, maar qua humor en tempo viel het wat vlak.
In dit filmpje zie je Pluto die vooral kattenkwaad uithaalt terwijl Mickey bezig is in de tuin. Het leukste moment is misschien wel de scène waarin Pluto vast komt te zitten in een stukje vliegenpapier; dat stuk is nog steeds grappig geanimeerd en laat goed zien hoe levendig de animators hem konden maken.
Verder is het filmpje best standaard: er gebeurt niet zoveel en de humor herhaalt zich vrij snel. Pluto is energiek en speels, maar zonder een echt verhaal voelt het meer als een reeks losse grappen. Het kijkt prima weg, maar springt er niet echt uit.
In dit korte filmpje gaan Mickey, Minnie en hun vrienden kamperen, en natuurlijk loopt dat niet helemaal zoals gepland. Het leukste stukje vond ik hoe ze met allerlei slimme oplossingen hun kamp opzetten, en de sfeer is vrolijk en luchtig. Ook de animatie ziet er best netjes uit voor de jaren ’30.
In dit filmpje bestuurt Mickey een stoomwals, en zoals je kunt raden gaat dat niet helemaal goed. Vooral wanneer een paar kinderen (waaronder kleine versies van Donalds neefjes-achtige figuurtjes) zich ermee gaan bemoeien, verandert het al snel in een chaos. Er zitten wat grappige momenten in, en de animatie is netjes gedaan voor die tijd.
The Magic Box vertelt het verhaal van William Friese-Greene, een van de pioniers van de filmcamera. Het is deels biografisch en deels een soort eerbetoon aan de vroege filmgeschiedenis. Wat het leuk maakt, is dat je echt dat gevoel krijgt van ontdekking en passie voor nieuwe technieken, en de film zit vol bekende Britse acteurs in kleine bijrollen die het een bijzondere charme geven.
Dit is het filmpje waarin Donald Duck voor het eerst verschijnt, en dat maakt het al meteen leuk om te zien. Het verhaaltje is heel simpel: een kip vraagt om hulp bij het planten en oogsten, maar Donald en zijn vriend Goofy hebben daar geen zin in en doen liever lui. Natuurlijk krijgen ze aan het einde hun verdiende loon.
In dit filmpje werkt Mickey op een bouwterrein, en natuurlijk loopt alles uit op chaos. Minnie speelt de lieve kant en Boris Boef zorgt weer voor gedoe, zoals je vaak ziet in die vroege Disney-verhalen. Er zitten een paar grappige momenten in met machines die compleet op hol slaan, en de animatie voelt energiek en levendig voor die tijd.
Dit is misschien wel een van de bekendste oude Disney-cartoons, en ik snap wel waarom. Het verhaaltje van de drie biggetjes die een huis bouwen en de boze wolf die alles omver blaast, is simpel maar heel herkenbaar en nog steeds leuk. Vooral de manier waarop elk varkentje zijn eigen karakter heeft, geeft de korte film net wat extra charme. De liedjes blijven ook makkelijk hangen en zorgen voor een vrolijke sfeer.
In dit korte filmpje doet Mickey Mouse mee aan een soort boerderij-olympiade, compleet met hardlopen, roeien en natuurlijk een boel chaos. Het is grappig om te zien hoe de dieren allerlei sporten op hun eigen manier nadoen, en de animatie heeft die typische energie van vroege Disney. Er zitten een paar leuke gags in en het tempo ligt lekker hoog, waardoor het nooit saai wordt.
Dit is een kort kerstfilmpje van Disney waarin je de werkplaats van de Kerstman ziet. Het is best leuk om te zien hoe de elfen speelgoed maken en alles in gereedheid brengen voor Kerstmis. Vooral de creativiteit in hoe ze de cadeaus in elkaar zetten heeft wel wat charme, en voor een film uit 1932 ziet de animatie er verrassend vrolijk en levendig uit.
Tegelijkertijd merk je dat het meer een reeks losse grapjes en liedjes is dan een echt verhaal. Het tempo ligt niet altijd even hoog en sommige stukjes voelen wat herhalend. Toch hangt er een gezellige kerstsfeer die het alsnog vermakelijk maakt, vooral als je van die ouderwetse Disney-stijl houdt.
Flowers and Trees is vooral leuk omdat het de allereerste Disney-cartoon in kleur is. Dat zie je er meteen aan af: de bloemen, bomen en dieren komen echt tot leven en het ziet er voor die tijd verrassend mooi uit. Het idee dat de natuur zelf muziek maakt en danst, is speels en vrolijk, en sommige stukjes hebben nog steeds iets charmants.
Aan de andere kant is het verhaaltje heel simpel: twee bomen die om dezelfde boom-“dame” strijden en een slechte boom die de boel in de fik steekt. Het is allemaal vrij voorspelbaar en soms wat langdradig. Je kijkt vooral om te zien hoe ze kleur en muziek combineren, niet omdat het verhaal echt spannend is.
Dit korte filmpje met Mickey Mouse viel eerlijk gezegd een beetje tegen. Het hele filmpje draait eigenlijk om Mickey die op zijn viool speelt en af en toe wat gekke geluiden uitprobeert met het instrument. In het begin is dat nog wel grappig, maar na een paar minuten voelt het vooral herhalend.
Qua animatie zie je wel dat het netjes gemaakt is voor die tijd, en de muziek sluit goed aan bij de bewegingen. Alleen… er gebeurt verder gewoon niet zo veel. Er is geen verhaal en ook geen echte verrassing die je bij de les houdt. Het voelt meer als een testfilmpje dan iets dat je echt bijblijft.
Ik heb dit korte filmpje met Mickey en Minnie gekeken, en het was best grappig om te zien hoe ze door een groot huis rondscharrelen terwijl de kat weg is. De manier waarop voorwerpen tot leven komen en in de muziek meedoen, vond ik wel leuk gedaan. Het heeft iets vrolijks en speels.
Aan de andere kant gebeurde er niet heel veel bijzonders. De grappen herhalen zich een beetje en er zat niet echt een spannend of verrassend moment in. Het voelt meer alsof je even meekijkt naar een klein ideetje, in plaats van een compleet verhaal.
Laughter in Paradise is een Britse komedie met een charmant uitgangspunt: een zonderlinge miljonair laat zijn erfenis na aan vier familieleden, maar alleen als ze elk een absurde taak volbrengen die haaks staat op hun karakter. Wat volgt is een reeks situaties die zowel spitsvondig als hartverwarmend zijn. De film weet slim te spelen met menselijke zwakheden en laat zien hoe mensen onder druk verrassend kunnen veranderen.
De kracht ligt vooral in het ensemble: de verschillende verhaallijnen geven de film een speels tempo, en de mix van lichte humor en een vleugje sentiment houdt het geheel prettig in balans. Wel voelt de humor soms gedateerd en zijn niet alle verhaallijnen even sterk uitgewerkt, waardoor de film bij momenten iets inzakt. Toch overheerst de charme, mede dankzij het typisch Britse gevoel voor timing en ironie.
Powell en Pressburgers The Tales of Hoffmann is een gedurfde filmische bewerking van Offenbachs opera, waarin muziek, dans en theater in een visueel overweldigend geheel samensmelten. Het kleurgebruik, de expressionistische decors en de choreografie zijn zonder twijfel indrukwekkend en maken de film tot een audiovisueel spektakelstuk dat in zijn tijd vernieuwend was.
Toch is de film voor veel kijkers moeilijk verteerbaar. Het ontbreken van gesproken dialoog, de nadruk op operazang en de afstandelijke toneelachtige aanpak zorgen voor een kille ervaring. Het visuele experiment is ambitieus, maar ook vermoeiend en vaak overdadig. Waar het concept grootse kunst wil zijn, voelt het resultaat geregeld meer als stijloefening dan als meeslepend drama.
The Barn Dance is een vroege Mickey Mouse-cartoon die vooral inzet op luchtig vermaak en muzikale speelsheid. Het verhaal draait om Mickey die Minnie probeert te imponeren tijdens een dansavond, terwijl rivaal Peg-Leg Pete de pret komt verstoren. De animatie is levendig en de timing van de muziek en beweging werkt charmant, vooral gezien het prille stadium van geluidsanimatie.
Toch blijft de film oppervlakkig: de humor is voorspelbaar, de gags herhalen zichzelf en het plot is zo dun als papier. Waar Steamboat Willie (1928) nog baanbrekend voelde, oogt The Barn Dance meer als een tussendoortje, zonder echt memorabele momenten. De charme van Mickey en Minnie is aanwezig, maar onvoldoende uitgewerkt om de korte film boven middelmaat uit te tillen.
Robert Bressons Journal d’un curé de campagne is een film die zonder twijfel indruk maakt door zijn sobere stijl en ingetogen thematiek, maar het is ook een film die moeilijk toegankelijk is. Het verhaal van een jonge, ziekelijke dorpspastoor die worstelt met geloof, plicht en wanhoop, is diep religieus en zwaar op de hand. Bressons minimalistische aanpak – weinig muziek, strakke cameravoering, ingetogen spel – benadrukt wel de spirituele leegte en de beklemmende sfeer, maar maakt de film ook traag en afstandelijk.
Hoewel de thematiek belangrijk en de vorm vernieuwend is geweest, kan de film voor de gemiddelde kijker stroef en vermoeiend aanvoelen. Het ontbreken van dramatische hoogtepunten en de monotone voice-over van het dagboek zorgen ervoor dat de emotionele impact vaak uitblijft. Artistiek interessant, maar nauwelijks meeslepend.
Conclusie: Een film die filmhistorisch en spiritueel van waarde is, maar die eerder zwaar en vervreemdend dan meeslepend of aangrijpend overkomt. Een werk dat respect afdwingt, maar moeilijk te waarderen is buiten een academische of cinefiele context.
Ik tik graag en veel. Zo schrijf ik ook voor een online muziekmagazine; album recensies en achtergronden
The Skeleton Dance is een korte animatie van Walt Disney die vooral bekendstaat om zijn speelse creativiteit en pionierswerk in synchronisatie van muziek en beeld. Het filmpje toont een groep dansende skeletten op een kerkhof, begeleid door vrolijke, macabere muziek. Het is verrassend inventief en experimenteel voor zijn tijd, met een zekere charme in de losse, vrije animatiestijl.
Toch voelt de animatie vandaag de dag vooral als een curiositeit. Het verhaal is vrijwel niet aanwezig, en de grappen zijn repetitief en simpel. De aantrekkingskracht zit vooral in de visuele gags en het ritme van de muziek, maar als filmervaring op zich mist het diepgang en spanningsboog. Het is eerder een leuke anekdote uit de vroege animatiegeschiedenis dan een tijdloze klassieker.
Conclusie: Een interessant stukje filmhistorie dat zijn waarde vooral ontleent aan creatief experiment en nostalgische charme, maar als op zichzelf staande animatie blijft het middelmatig.
The African Queen is een avonturenfilm die vooral drijft op de chemie tussen zijn hoofdrolspelers: Humphrey Bogart en Katharine Hepburn. Hun samenspel tilt het verhaal van een norse kapitein en een koppige zendelinge, die samen een gevaarlijke tocht over een Afrikaanse rivier ondernemen, naar een hoger niveau. Bogart straalt charme uit in zijn grofheid, terwijl Hepburns strakke waardigheid voor een heerlijke tegenstelling zorgt. Hun onderlinge botsingen, die langzaam plaatsmaken voor een bijzondere band, blijven een van de sterkste elementen van de film.
De exotische setting en de mix van avontuur, romantiek en humor werken grotendeels goed, al voelt de film soms traag en gedateerd in tempo en techniek. De special effects zijn voor hun tijd indrukwekkend, maar ogen nu wat klungelig. Ook de neiging tot melodrama maakt dat The African Queen niet altijd dezelfde kracht heeft als andere klassiekers uit dezelfde periode.
Conclusie: Een onderhoudende film met iconische hoofdrollen en een charmante balans tussen spanning en romantiek, maar niet zonder ruwere randjes en momenten waarop de tand des tijds zichtbaar is.
Steamboat Willie is zonder twijfel een historisch keerpunt in de filmgeschiedenis. Het was de eerste keer dat een animatiefilm synchroon geluid en beeld combineerde, en daarmee zette Walt Disney Mickey Mouse in één klap op de kaart. Het korte filmpje zit vol speelse muziek, creatieve geluidseffecten en een aanstekelijke energie die in 1928 revolutionair moet hebben gevoeld.
Toch, bekeken met hedendaagse ogen, voelt de film vooral als een curiositeit. Het verhaal is flinterdun: Mickey neemt het stuur van een stoomboot over, maakt kattenkwaad en speelt met passagiers en dieren alsof ze instrumenten zijn. Grappig in zijn tijd, maar tegenwoordig nogal simplistisch en soms zelfs wat ongemakkelijk in de omgang met de dieren. De animatie is charmant, maar uiteraard beperkt, met herhalende bewegingen en weinig nuance in expressie.
De kracht van Steamboat Willie ligt vooral in de energie en het historisch belang, niet zozeer in de inhoud. Het is een leuk inkijkje in het prille begin van Mickey Mouse, maar als losstaande filmervaring voelt het meer als een schets dan als een volwaardig kunstwerk.
Conclusie: Een film die vooral punten scoort vanwege zijn pioniersrol en nostalgische waarde. Interessant om één keer te zien als je van filmgeschiedenis houdt, maar geen tijdloze klassieker op zich.
Meer nieuws
Netflix Pathé Thuis Disney+ Prime Video CANAL+ NPO Start Apple TV+ HBO Max Viaplay Videoland Cinetree Film1 CineMember Picl SkyShowtime MUBI
Meer beoordelingenReacties Populaire filmsPopulaire series
Meer populaire films
Meer populaire series