Recensie 'Demain tout commence'
Vader en dochter versus de wereld

De aanwezigheid van Omar Sy lijkt een kwaliteitsstempel te zijn geworden voor licht verteerbare Franse arthouse, waarin fundamentele thema's wel worden aangeraakt (blank en zwart, familie en vriendschap, leven en dood) maar niet echt worden uitgediept. Je loopt met een warm gevoel de bioscoopzaal weer uit, wellicht een traantje wegpinkend. Ook Demain tout commence lost die belofte in.
Sy speelt in deze film de losbol Samuel, die aan de Côte d'Azur een lekker leventje leidt, gevuld met veel feesten en een klein beetje werken. Als hij weer eens een gat in de dag ligt te slapen tussen twee veroveringen van afgelopen nacht, staat Kristin (Clémence Poésy) opeens voor zijn neus, die hem een baby van drie maanden oud in de armen drukt: "Dit is je dochter." Kristin is even snel weer verdwenen als ze is opgedoken en Samuel reist haar met de kleine Gloria achterna naar Londen, maar tevergeefs: mama is spoorloos.
Glijbaan
Acht jaar later zien we dat het best goed is gekomen met vader en dochter. Samuel heeft in Londen een carrière als stuntman en woont met Gloria (als 8-jarige gespeeld door de perfect tweetalige Gloria Colston) in een enorm loft met uitzicht op de City, ingericht als een grote speeltuin: een Lego-muur, levensgrote Playmobil-poppen en een glijbaan die uitkomt in een ballenbak. Vader en dochter lopen basketballend over straat, strikken elkaars veters en doen een jolig dansje. Het is allemaal net iets te schattig, maar van deze twee acteurs kun je het hebben: ze vormen een mooi stel. Gloria zorgt dat Samuel op tijd is op zijn afspraken, tolkt voor hem op de filmset (hij weigert Engels te leren) en is sowieso de meer verantwoordelijke van de twee. Maar hun leven wordt op zijn kop gezet als mama Kristin plotseling weer ten tonele verschijnt.
Onbeschoft volkje
Regisseur Hugo Gélin gaat met Demain tout commence net als in zijn vorige film Comme des frères voor de melange van humor en emotie. Toch is die hier wat minder geslaagd. De grappen zijn niet echt leuk, vooral omdat ze erg draaien om het feit dat Engelsen maar een onbeschoft volkje zijn, die ook nog eens raar praten. Dat komt voor de gemiddelde Nederlandse kijker toch wat minder aan dan voor de Franse, vermoed ik. Daarnaast is er de rol van de Quebecse acteur Antoine Bertrand als de agressief flirtende homoseksuele filmproducent Bernie, die ook nooit echt van de grond komt als komisch middelpunt. Het scenario (dit is een remake van een Mexicaanse film uit 2013) kan bovendien de balans tussen humor en emotie niet echt goed vinden. Richting het einde nemen we opeens een afslag richting melodrama, waarna de kijker in hoog tempo van de ene naar de andere dramatische ontwikkeling wordt gesleept.
Maar veel wordt goedgemaakt door de drie hoofdrolspelers. Sy is altijd een prettige aanwezigheid op het scherm, Colston is goed gecast en Poésy weet de rol van Kristin een nuance te geven die bijna de film ontstijgt. Gélin weet het allemaal mooi in beeld te brengen, hoewel Londen als locatie onderbenut blijft. Aan het einde krijgen we nog een boodschap mee die een diepere laag geeft aan Samuels ogenschijnlijk oppervlakkige levenshouding. En zo wandelen we toch weer met een warm gevoel de zaal uit.