Recensie 'High-Rise'
Geweld, chaos en geeuwen

“How’s the high life?” “Prone to fits of mania, narcissism and power failure.” Welkom in de dystopie van auteur J.G. Ballard, een torenflat als achtergrond voor een sociaal experiment. Wat hoopvol begint als smeltkroes voor alle bevolkingslagen van de samenleving eindigt in geweld, verwoesting en gebraden hond. De nieuwste film van regisseur Ben Wheatley (Kill List, Sightseers) zet zeker aan het denken, maar moet het vooral hebben van shock value.
De torenflat
Meer dan dertig jaar na de publicatie van het gelijknamige boek is daar de verfilming van het als retro-futuristisch omschreven High-Rise. In een alternatieve versie van de jaren zeventig rijst een hypermoderne wolkenkrabber op (compleet met winkelcentrum, zwembad, squashhal en fitnessruimte) om een nieuwe manier van leven te introduceren: een complete samenleving op schaal. De gevolgen zijn echter desastreus. De sociaaleconomische positie van de bewoners bepaalt de verdieping waarop zij wonen en al snel ontstaat er een onoverkoombare hiërarchische structuur. Binnen drie maanden ontaart er tussen de verschillende bevolkingslagen een losgeslagen klassenstrijd die culmineert in onmenselijke taferelen.
Elitair
High-Rise is absoluut geen toegankelijke film. Hoewel het overdreven snobisme van de bovenlagen duidelijk wordt veroordeeld en geridiculiseerd (zo paraderen de rijkelui rond in Rococokledij en wordt het dakterras bewoond door een paard) is de film zelf ook wat elitair. Niets wordt uitgelegd en door de afstandelijke houding van het hoofdpersonage blijft men in feite over met niets anders dan het abstracte concept dat de basis vormt van het verhaal. Visueel is de film met haar grauwe kleuren niet zozeer aantrekkelijk, maar zeker artistiek met een aantal bijzonder mooie shots. De muziek, waaronder klassieke, instrumentale versies van ABBA-hits, past perfect bij de setting en vormt tegelijkertijd een absurd contrast bij de chaos op het scherm. Interessant is het zeker. Vermakelijk, niet zo.
Sterrencast
De film bestaat uit een sterrencast van onder andere Tom Hiddleston (War Horse, The Avengers) , Jeremy Irons (Lolita, The Lion King) en Luke Evans (The Hobbit, Dracula Untold). Elk vertegenwoordigen zij een van de drie woon-/bevolkingslagen. Irons speelt Royal, de architect van de torenflat die vertoeft op de bovenste verdieping en geen enkel besef heeft van de destructieve maatschappij die hij heeft gecreëerd. Evans vertolkt met verve het personage Wilder, een aan lager wal geraakte documentairemaker wiens mentale problemen langzaam omslaan in absolute waanzin. Hiddleston speelt de hoofdrol van de mysterieuze en emotioneel ongrijpbare dokter Robert Laing die door zijn semi-neutrale positie zich vrijwel moeiteloos tussen de verschillende lagen weet te manoeuvreren. Het acteerwerk is zeker goed, maar de afstandelijkheid ten opzichte van de verontrustende gebeurtenissen maakt het moeilijk voor de kijker enige betrokkenheid met het verhaal en de personages te ervaren.
Psychedelische nachtmerrie
Het achterliggende concept van High-Rise is absoluut intrigerend en analytici zullen smullen van de artistieke symboliek en de cryptische dialogen. Voor het grote publiek heeft de film echter weinig te bieden. De personages blijven te veel op afstand dus er is geen echte spanning. De seks, drugs en het geweld zouden in de jaren zeventig wellicht nog enige sensatie hebben opgewekt, nu creëren ze vooral een gevoel van onbehaaglijkheid. Een accepteerbare verklaring voor de zich ontvouwende chaos blijft afwezig. Het verhaal is ongrijpbaar. Deze psychedelische nachtmerrie duurt daardoor wel erg lang.