Recensie 'Supercondriaque'
Alleen als ik lach

Filmmaker Dany Boon speelt zelf de hoofdrol in deze klucht, als een soort Franse Mr. Bean met een extreme vorm van smetvrees. Het is lach-of-ik-schiet-humor, eigenlijk alleen geschikt voor de echte liefhebbers.
Met Bienvenue chez les Ch'tis maakte regisseur Dany Boon in 2008 een van de meest succesvolle Franse komedies ooit. De humor in die film dreef voor een groot deel op vooroordelen over de noorderlingen: de halve Belgen, die wonen in de regio Nord-Pas-de-Calais. Boon komt zelf ook uit die streek, dus hij voelde zich vrij om naar hartenlust de draak te steken met hun volkse gewoontes en vooral met hun onverstaanbare dialect. Die taalgrappen maakten de film wat minder hilarisch voor de gemiddelde Nederlandse kijker, maar wat overbleef was een charmante, lichtgewicht komedie.
Toegankelijker
In de nieuwe film van Dany Boon – waarin hij wordt herenigd met Kad Merad, zijn tegenspeler uit Bienvenue – is de humor toegankelijker voor de buitenstaander. Als je weet wie Jean Valjean en Victor Hugo zijn, kun je alle grappen wel volgen. Toch is dit de mindere van de twee films. Dat komt met name doordat Supercondriaque een veel traditionelere klucht is en veel steviger leunt op de fysieke humor van Dany Boon.
Ontsmettingsmiddelen
Waar in Bienvenue Kad Merads rol centraal stond, als postbeambte uit de Provence die terechtkwam in het Noorden, draait in deze film alles om Romain, gespeeld door Boon zelf. Romain is de extreme hypochonder uit de titel: een man die zich erg veel zorgen maakt over allerlei mogelijke kwaaltjes en bronnen van ziektekiemen. Hij is grootverbruiker van ontsmettingsmiddelen en drijft zijn huisarts Dimitri (de rol van Merad) tot waanzin. Boon speelt Romain als een soort Mr. Bean, met veel kinderlijk geklungel, gejammer en paniekaanvallen. We zien hem meerdere keren een flesje antibacteriële crème op zijn gezicht leegspuiten. Het is het soort humor waarvan je moet houden.
Persoonsverwisseling
Hypochonder Romain beschouwt dokter Dimitri als een van zijn weinige vrienden. Dat gevoel is niet geheel wederzijds. Onder aansporing van zijn vrouw (Judith El Zein) gaat Dimitri zijn best doen om Romain aan een partner te helpen, als poging om van hem af te komen. Maar Dany Boon – die ook het scenario schreef – heeft aan alleen die verwikkelingen niet genoeg. Hij probeert erg veel in deze film te stoppen en laat de plot halverwege een scherpe bocht maken met een klassiek ingrediënt van de klucht: de persoonsverwisseling. Dat leidt tot allerlei amoureuze en avontuurlijke verwikkelingen, die in een hoog tempo moeten worden afgewikkeld.
Ondanks alle drukte slaagt Boon erin om Supercondriaque aardig op de rails te houden. De aanwezigheid van Kad Merad en Alice Pol (als Dimitri's zus Anna) helpt daarbij. Met hun wat subtielere spel bieden ze goed tegenwicht aan Dany Boon, die af en toe volledig losgaat. Er zitten een paar geslaagde grappen in de film, maar over het algemeen is dit lach-of-ik-schiet-humor, vooral geschikt voor de echte liefhebbers.